Maar voor we met die blije plakkerige zwengelboel kunnen beginnen, moet er nog een en ander gebeuren.
Het slingermateriaal wordt uit alle hoeken tevoorschijn gehaald en afgewassen: slinger, grote en kleine zeven, voedselemmers, wasdekselschrapers en al de rest om dat vloeibaar goud uit de raten te halen.
Bijen zitten ook niet echt te wachten op de imker die hun schatkist komt plunderen, en om al te veel verdedigingsaanvallen te vermijden, is het handig dat de honingzolder niet vol bijen zit wanneer je die weghaalt. Daar zorgt de ‘bijendrijver’ voor: tussen de honingzolder en de broedbak komt een labyrinth. Omdat de bijen zich af en toe in ’t parfum van madam de koningin willen wentelen, dalen ze af naar de broedbak en ze vinden wel een weg uit het labyrinth, maar raken er daarna niet meer terug in. Zo hoef je na twee dagen maar enkele tientallen bijen van de honingramen te schudden, in plaats van een paar duizend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten